Inspiratie-uitingen
4.9 Talen van mensen - een praktijkvoorbeeld
Uit het boek: ‘De schoonheid van geestelijke taal’ van Jack Hayford nemen we de volgende gebeurtenis:
Evelyn Thompson was zendelinge in het zuidelijke deel van de Filippijnen, op het eiland Mindanao, waar veel oerwouden zijn – afgelegen plaatsen waar gewoonlijk niemand van buiten komt.
Zij en haar man waren op reis om een nieuw dorp te bezoeken.
Vanuit dat gebied was een vrouw gekomen, die volkomen haar verstand kwijt was. De dorpelingen wisten niet wat ze met haar moesten doen en hadden haar naar een plaats dichtbij de oceaan gebracht, waar, op het zand, een huis op palen was gebouwd; hoge palen, misschien vier meter hoog.
Het was gemaakt van bamboe en het leek meer op een kooi dan op een plaats voor een menselijk wezen.
Haar man en zij werden met een paar andere mensen naar boven in dat huis gebracht om voor deze vrouw te bidden.
Ze lag vastgebonden op de grond, heel stevig; ze kon niet loskomen.
Evelyn vertelt: “Zo gauw we die kamer binnenkwamen, beseften we wat er aan de hand was, want de heilige Geest liet ons het demonische karakter van het probleem met haar zien.
In de hoek van de kamer lag een kleine baby op de mat.
Het was haar baby, een mooie baby, maar ze kon er niet voor zorgen, dat deed iemand anders.
Toen we binnenkwamen en bijna meteen voor haar gingen bidden, begon de vrouw te razen en te tieren.
We baden zoals iemand gewoonlijk bidt in zo’n omgeving; we baden met kracht, we baden in de taal van de heilige Geest.
Maar er leek nog niets te gebeuren.
Tenslotte zei ik tegen de mensen: “Degenen van jullie die niet gelovig zijn of die het geloof niet hebben om deze vrouw te bevrijden van de ketenen die haar ziel binden, willen die alstublieft deze ruimte verlaten?”
Op drie na vertrokken allen, en mijn man, een andere man en ik bleven over.
Toen baden we opnieuw.
Aanvankelijk, toen ik haar de handen oplegde, kalmeerde ze, maar er gebeurde niets.
Groot medelijden vervulde mijn ziel en ik riep uit: “O God, wat kan ik hier doen?
Ik kan deze plaats niet verlaten zonder dat U hier iets doet waaraan ik kan zien dat deze vrouw verlost zal worden!”
Ik begon opnieuw te bidden met zo’n vurigheid dat mijn echtgenoot zijn armen om me heen sloeg, omdat hij zich zorgen maakte vanwege de manier waarop ik mezelf uitstortte in gebed.
We hadden nog veel te doen op deze reis en hij was bang dat mijn krachten in deze tropische hitte zouden afnemen.
Maar ik vroeg hem me los te laten en me te laten bidden tot ik de overwinning bespeurde en hij stond het toe.
Ik begon opnieuw te bidden en terwijl ik dat deed kwam uit mijn mond, als een bal van vuur vanuit het midden van mijn maag, een andere taal, die ik nog nooit in de Geest gesproken had.
Ongetwijfeld had ik die taal nooit geleerd en evenmin eerder gehoord.
Maar terwijl die taal uit mijn mond kwam, zag ik een verandering in de gezichtsuitdrukking van de vrouw voor wie we baden.
Ik zag, dat haar ogen ‘luisterden’ en meteen begon ik te begrijpen dat ik in haar taal sprak.
Terwijl deze verandering over haar kwam, zag ik, dat de spieren in haar gezicht begonnen te ontspannen, het beven stopte en haar handen sloegen niet langer wild in de lucht, alsof ze probeerden me te raken.
Ze had gekronkeld, bijna als een voortkruipende slang.
Ook dit hield op, evenals haar voortdurende lachen over haar schouder op een hysterische manier.
Toen gebeurde er nog iets heel wonderlijks.
Ik kon niet alleen zien, dat ze mij begreep, maar plotseling was ik in staat te verstaan wat ik zei; ik was in staat om te denken en te spreken in een taal, die ik nooit geleerd en nog nooit eerder gehoord had!
In de minuten erna legde ik haar het verhaal van Jezus Christus uit, Gods geschenk aan ons en hoe Jezus voor onze zonden gestorven was en opstond uit de dood.
En terwijl ik me volkomen bewust was van ieder woord, dat ik sprak, leidde ik haar tot de Heer Jezus Christus, met op dat moment een volledig begrip van die taal.
Ze werd volkomen bevrijd en ze leeft nog steeds.
Ze werd een getuige van de opstandingskracht van Jezus Christus.
Diezelfde dag werd ze aan haar man teruggegeven.
Ze nam haar baby en verzorgde hem.
Nu, zoveel jaar later, kent ze de Heer en heeft ze haar kinderen in overeenstemming daarmee opgevoed.
Na dat ene moment kende ik die taal niet meer.
Later hoorde ik hem spreken door anderen in de berggebieden, maar ik kon hem niet begrijpen en hem zeker niet spreken.
Wat is onze God groot!
Wat een zegen om met zijn heilige Geest vervuld te zijn en geloof te hebben dat Hij weet wat er te doen is als wij het niet weten.
Hij zal ons leiden en richting wijzen.”